Ons verhaal

Shanties sinds 1989

Als Arend Janssen (1944-2012) in augustus 1989 een oproep plaatst voor het oprichten van een shantykoor in Medemblik, is dat fenomeen nog lang niet zo bekend als tegenwoordig. De opkomst voor de oprichtingsvergadering in het Café “Het Bruine Bakkie” van Ben Hettinga, komt dan ook voor hem als een grote verrassing.

Ton de Brouwer en Martien Tijburg worden aangetrokken als muzikaal begeleiders en de eerste oefenavonden beginnen.

Het samenstellen van het repertoire is niet zo moeilijk. Arend beschikt over een uitgebreide verzameling shanties en sea-songs, Ton de Brouwer en Martien Tijburg zijn beiden volksmuzikanten pur-sang. Het enthousiasme is enorm en voor er een jaar voorbij is, wordt het komplete repertoire tijdens een opnamesessie tot in de kleine uurtjes in de Ridderzaal van kasteel Radboud op cassetteband vereeuwigd.

Aarzelend beginnen de “Compagniezangers”, zoals ze zich zijn gaan noemen, aan optredens in het land. Evenementen als Delfsail, Sail Vlissingen, maar ook de Schippertjesdagen in Warmond. Tijdens een optreden op de Wereldhavendagen wordt er contact gelegd met de Engelsman Shanty Jack.

Deze contacten leiden ertoe dat de mannen uit Medemblik in 1993 worden uitgenodigd naar Engeland. Onder leiding van een nieuwe dirigent, Ruwald Diderich, verbazen ze het Engelse publiek. Shanties zijn daar bekend, maar shantykoren absoluut niet. Deze optredens zullen nog een fiks aantal malen herhaald worden.

In 1994 bestaan de Compagniezangers 5 jaar en besluiten ze een eigen shantyfestival te organiseren in de Bonifaciuskerk te Medemblik. Onze buitenlandse gasten houden zich in: ze kuisen hun teksten. Maar ’s avonds bij Café Brakeboer aan de Oosterhaven, gaan ze volledig uit hun dak en een traditie lijkt geboren.

Inmiddels voldoet zo’n cassettebandje natuurlijk niet meer en wordt het tijd voor een heuse CD. Er wordt naar sponsors gezocht en op een zaterdag gaan de Compagniezangers aan de slag bij Brakeboer.

Het lied “Te Vlissingen Leyt er een Jacht Bereyt” zal voor het koor een tot heden tot voortdurende frustratie leiden. Het is een moeilijk 17e eeuws nummer. Na een tweetal niet zo geslaagde pogingen is de derde opname grandioos. De afspraak was dat we na afloop van de opname steeds tien seconden stil moesten zijn. De opluchting is echter bij één van ons zo groot, dat hij direct na afloop verzucht, ”Dat staat erop!”

Het resultaat van de nieuwe opname is uiteindelijk op de CD beland. Na deze opname is “Vlissingen” nog maar weinig gezongen! Intussen wordt de concurrentie op het gebied van shantykoren steeds groter, de druk om te presteren blijft, optredens op de Hiswa en zelfs een Tv-programma volgen. Een tweede en derde CD worden opgenomen, Ruwald Diderich wordt opgevolgd door Joost Doodeman. Hoewel het niet meevalt jaarlijkse een shanty festival te financieren, lukt het ons bestuur om ook dat jaar begin november weer een festival te organiseren.